Begroting 2020

EMU saldo

EMU saldo

2019

2020

2021

2022

2023

Omschrijving

x € 1000,-

x € 1000,-

x € 1000,-

x € 1000,-

x € 1000,-

Emu saldo

Volgens realisatie tot en met sept. 2019, aangevuld met raming resterende periode

Volgens begroting 2020

Volgens meerjaren-
raming in begroting 2020

Volgens meerjaren-
raming in begroting 2020

Volgens meerjaren-
raming in begroting 2020

1.

Exploitatiesaldo vóór toevoeging aan c.q. onttrekking uit reserves (zie BBV, artikel 17c)

-10.059

-1.997

-989

-1.359

877

2.

Mutatie (im)materiële vaste activa

-2.557

9.669

8.853

5.289

6.984

3.

Mutatie voorzieningen

382

-4.381

0

0

0

4.

Mutatie voorraden (incl. bouwgronden in exploitatie)

-3.178

-4.993

-1.087

0

0

5.

Verwachte boekwinst/verlies bij de verkoop van financiële vaste activa en (im)materiële vaste activa, alsmede de afwaardering van financiële vaste activa

0

0

0

0

0

Berekend EMU-saldo

-3.942

-11.054

-8.755

-6.648

-6.107

Toelichting bij: EMU saldo

Als gevolg van Europese regelgeving mogen EU-lidstaten een begrotingstekort (EMI-saldo) hebben van maximaal 3% van het bruto binnenlands product (BBP). Van dit maximale tekort van 3% van Nederland is 2,6% voor de rijksoverheid en 0,4% voor de decentrale overheden. De EMU-systematiek werkt evenwel op een andere manier dan het baten- en lastenstelsel dat decentrale overheden hanteren. Investeringen en uitgaven die worden gedekt uit reserves tellen bijvoorbeeld niet mee in de uitkomsten van het baten- en lastenstelsel, maar tellen wel door in het EMU saldo.
Bij een sluitende begroting kan een gemeente daardoor toch een negatief EMU-saldo hebben.
Een negatief saldo betekent dat de uitgaven groter zijn dan de inkomsten.
Voor de gemeente Hilversum is dit in alle jaren het geval.

De referentiewaarde voor Hilversum is een tekort van € 9.854 miljoen.
De individuele EMU-referentiewaarde betreft geen norm, maar een indicatie van het aandeel dat
een provincie of gemeente in de gezamenlijke tekortnorm heeft.

ga terug